Te veel gevoetbald, een jaar uit het schoolritme, niet hard genoeg werken: er zijn allerlei redenen waarom kinderen een schooljaar over moeten doen. Wat brengt het bij hen teweeg?

Nederland is Europees kampioen zittenblijven blijkt uit een overzicht van de Oeso. In 2018 waren er 61.000 doubleurs op een totaal aantal van 974.000 leerlingen in het voortgezet onderwijs. De meeste daarvan blijven zitten in de voorlaatste klas.

Gepubliceerd in Dagblad Trouw | 10 juli 2019

TEKST & FOTOGRAFIE ANKE VAN DER MEER

Momenteel is er binnen veel middelbare scholen twijfel over het nut van zittenblijven. Het wordt gezien als een duur en niet bewezen effectief middel, dat vaak wel een grote impact heeft op de sociaal-emotionele ontwikkeling van zittenblijvers.

Daarom wordt er op veel scholen onderzocht hoe leerlingen op een andere manier de eindtoetsen kunnen halen. Bijvoorbeeld door – door de overheid gesubsidieerde – maatwerktrajecten als de lente- en zomerschool aan te bieden. Daar kunnen leerlingen die risico lopen om te blijven zitten in de vakantie een bijspijkercursus volgen.

In een rapport naar de effectiviteit van zittenblijven stelt de hoofdinspecteur voor het voortgezet onderwijs dat scholen veel meer mogelijkheden hebben dan ze nu benutten om zittenblijven te voorkomen, en – als doubleren onvermijdelijk is – het succesvoller te laten zijn.

Havo-diploma met vakken op vwo-niveau

Jeroen Meijer, oud-voorzitter van de Vereniging van Schooldecanen en Loopbaanbegeleiders, teamleider van 5-vwo en decaan op College Hageveld in Heemstede is ervan overtuigd dat er in de toekomst meer individuele trajecten met niveauverschillen in het onderwijs zullen komen. “Het is nu mogelijk om een havo-diploma te halen met een aantal vakken op vwo-niveau. Er werd een paar jaar geleden al gesproken over een vwo-diploma met een enkel vak op ­havo-niveau. Dat zou weleens kunnen betekenen dat zittenblijven in de toekomst helemaal niet meer aan de orde is. Eigenlijk is het toch ook van de gekke dat een leerling álles moet overdoen, ook dat wat hij eigenlijk al kan.”

Leerlingen van College Hageveld die vorig jaar zijn blijven zitten en nu twee keer 5-vwo hebben gedaan, vertellen wat de impact van het zittenblijven op hen is geweest.

Zittenblijven

‘Ik was laks en ging liever chillen’

Shahriell (19 jaar)
Blijven zitten in 2-vwo en 5-vwo

“In de tweede stond ik na de kerstvakantie voor acht vakken onvoldoende. Toen wist ik dat ik er echt aan moest gaan trekken. Ik werkte vijf onvoldoendes weg, maar mocht toch niet over. Dat was een enorme klap. Ik vind het helemaal niet erg om een keertje te blijven zitten, maar dit voelde zo onnodig. Dan denk ik: je kunt iemand beter dat puntje gunnen en volgend jaar wat meer ondersteuning bieden.

“Het zittenblijven heeft bij mij echt te maken met de aandacht die ik besteed aan school. Ik ben laks in het maken van huiswerk, ga liever eerst even chillen en stel school dan uit. Mijn ouders hebben me wel altijd gesteund en gestimuleerd, maar ik ben ook heel eigenwijs. Ze zeiden: ‘Shah, ga je huiswerk maken’ of ‘maak een planning’. Of ze waren heel streng en pakten mijn telefoon af, alles om mij te stimuleren. Er is wel onenigheid geweest, ja.

“Nu ik in de vijfde weer ben blijven zitten, kan ik het op een andere manier verwerken. Als ik deze keer over was gegaan met onvoldoendes, dus net op het randje, dan zou ik het moeilijker krijgen in de zesde. Nu ik ben blijven zitten, sta ik er wel goed voor en dat maakt me zelfverzekerder over mijn eindexamen komend jaar.

“Ik heb ook serieus nagedacht om volwassenenonderwijs te gaan doen. Ik voel ik me hier best oud, er zijn minder mensen waar ik mee omga. En ik ging piekeren: had ik nou beter in klas 2 naar de havo kunnen gaan? Dan baalde ik echt van dat blijven zitten in de tweede. Ook dit jaar is het een uitdaging om er in te komen. Maar ik heb nu wel duidelijk een doel voor ogen: mijn diploma. En omdat ik zo veel heb meegemaakt op deze school, wil ik hier nu mijn diploma halen.”

Zittenblijven

‘Ik had geen zelfvertrouwen’

Amelia (18 jaar)
Blijven zitten in 5-vwo

“In klas 4 ben ik meegeweest met School at Sea. Dat is een organisatie die jaarlijks een zeilreis van een half jaar naar de Caribische eilanden maakt met jongeren. Zo kun je wat je normaal alleen uit boeken leert, meteen in de praktijk brengen. Naast het zeilen en de excursies moest ik mijn schoolwerk goed bijhouden, maar dat schoot niet echt op. Toen ik terugkwam, had ik een grote achterstand opgelopen.

“De eerste toetsen in klas 5, nog voor de herfstvakantie, gingen helemaal verkeerd. Ik kwam thuis en kon alleen maar huilen. Ik kreeg meteen een gesprek met mijn vader en de teamleider. Van hem hoefde ik bepaalde toetsen niet meer te maken. Als ik er op terugkijk, denk ik dat ik toen al had besloten om te blijven zitten. Ik had geen zelfvertrouwen, ik dacht dat ik het niet kon.

“De rest van het jaar ben ik me gaan focussen op een beperkt aantal vakken. In twee makkelijke vakken heb ik het afgelopen jaar al eindexamen gedaan. Daarnaast focuste ik me op de moeilijke vakken, zodat ik die extra heb behandeld.

“Blijven zitten was op zich een goede beslissing, omdat het veel stress wegnam. Maar er zit ook een groot nadeel aan. Mijn vrienden zijn nu klaar met de examens. Zij komen niet meer terug. Ik had gehoopt aansluiting te vinden bij mijn klas, maar dat is mij niet gelukt.

“Ik weet van mezelf dat ik sociaal ben en goed met mensen kan opschieten die ik al wat beter ken. Maar met mensen praten die ik niet ken, vind ik heel moeilijk. Daardoor heb ik in mijn klas geen vrienden kunnen maken. Dit zorgt voor een constant gevoel van eenzaamheid.

“De afgelopen maanden zijn heel zwaar geweest. Ik ga elke week naar de psycholoog om hierover te praten. Ik houd mezelf voor dat mijn gebrek aan zelfvertrouwen in sociale situaties niet bepaalt wie ik ben. Iedereen heeft zwaardere tijden – en daar moet je je doorheen vechten.”

Zittenblijven

‘Ik rekende op voetballen bij AZ’

Noah (18 jaar)
Moest blijven zitten in 3-vwo, afgestroomd naar 4- havo. Na 5-havo, ingestroomd in 5-vwo

“Op de basisschool kreeg ik dik vwo-advies. Maar in de onderbouw deed ik niet zo veel aan school. Ik had er gewoon niet zo veel zin in. Zolang ik voldoendes haalde, vond ik het wel goed.

“Daarnaast liep ik een periode stage bij AZ. Bij de trainingen waren alle jongens en trainers positief over hoe ik het deed. Ik vond mezelf beter dan een andere stagiair, daarom ging ik ervan uit dat ik aangenomen zou worden bij AZ. Maar dat gebeurde niet. Ik was op zich wel goed genoeg, maar niet beter dan de jongens waar ze al twee seizoenen werk in hadden zitten. Dat was een enorme teleurstelling. Daar heb ik wel een traan om gelaten.

“Ondertussen stond ik er heel slecht voor op school, omdat ik op AZ had gerekend en dan toch van school had moeten wisselen vanwege het vele trainen. Mijn mentor zei dat mijn basis niet voldoende was. Als ze mij over zouden laten gaan naar de vierde, zou ik daar blijven zitten. Toen was ik wel verdrietig.

“Ik ben van school gegaan om ergens anders 4-havo te doen. Dat ging gemakkelijk, omdat ik gewend was om op een vwo-manier te leren. Ik wist niet goed wat ik na de havo wilde doen en besloot toen nog een keer vwo te proberen. Nu ben ik terug op mijn oude school. Het is heel vertrouwd, maar soms heb ik een beetje het gevoel dat ik nergens bij hoor. Ik heb op beide plekken niet echt kunnen wortelen. Ik ben ook niet iemand die heel makkelijk met andere mensen praat en makkelijk vrienden maakt.

“Verder ben ik wel tevreden, want ik heb nu goede cijfers. Terwijl het in de onderbouw niet heel soepel ging allemaal. Nu gaat het best makkelijk, dat is fijn.”